IISG

Brandsteder en de linkse politiek in Nederlands-Indië

Henk Sneevliet en de ISDV
(klik op het plaatje voor een groter formaat)

De Europese bevolking in Nederlands-Indië was geen afspiegeling van de bevolking in Nederland. Dat betekende dat de politieke verhoudingen er ook anders lagen. De linkse beweging was in deze door ondernemers en ambtenaren gedomineerde wereld veel kleiner, maar ze was er wel. In 1914 werd de Indische Sociaal Democratische Vereniging, de voorloper van de Partai Kommunis Indonesia, opgericht. Een organisatie waar zowel Indonesiërs als Nederlanders lid van konden zijn.

De belangrijkste voorvechter van de ISDV was in deze jaren Henk Sneevliet. Er was ook een vakbeweging, maar die was klein en ontwikkelde zich anders dan in Europa. Hij was relatief sterk ontwikkeld in de overheidssector. Een onderdeel van die vakbeweging was de Bond van Minder Marine Personeel (BMMP). Deze bond week nog eens extra af, doordat hij Europees personeel op de Nederlandse vloot in zowel Europese als Aziatische wateren organiseerde. Europees personeel waar echter door de gevestigde Nederlandse koloniale bevolking in Nederlands-Indië op werd neergekeken. Het waren ruwe kerels die leefden onder een ruw marine-regime. Vooral tegen dat regime kwam de vakbondsman Jacob Andries Brandsteder op.

Het BMMP gebouw in Soerabaja

Het BMMP gebouw in Soerabaja

Jacob Brandsteder ging als jongen van 13 naar de marine en was al op 17 jarige leeftijd afdelingssecretaris van de BMMP. Hij werd in 1913 administrateur van het Soerabajasch Marine Gebouw. Dit gebouw ging in 1914 over in handen van de BMMP en Brandsteder kreeg een aanstelling bij de Bond. In het kleine aantal jaren dat Brandsteder actief was in Nederlands-Indië komen we hem op alle fronten van de kleine linkse beweging tegen. Hij hoorde bij de eerste leden van de ISDV en in mei 1915 werd hij gekozen tot secretaris. Ook in 1915 wordt er actie gevoerd tegen de vervolging van Indonesische journalisten, onder andere Mas Marco Kartodikromo. Er werd een comité opgericht, het Comité van Actie tegen de artikelen 63 en 66 Indische Wetboek van Strafrecht (haatzaai- of persbreidelartikelen), waar ook Brandsteder deel van uitmaakte. De actie was niet alleen gericht tegen de vervolging zelf, maar ook tegen de discriminatie. Indonesische journalisten werden namelijk zwaarder gestraft voor dezelfde ‘delicten' als Nederlandse.

J.A. Brandsteder

J.A. Brandsteder

Brandsteder besteedde in deze tijd de meeste aandacht aan de slechte situatie van marine- en legerpersoneel in Indië. Zijn agitatie was behoorlijk effectief. Zo demonstreerden er op 7 mei 1916 400 matrozen in de straten van Soerabaja. De actie was gericht tegen de slechte toestanden in het marinehospitaal. Het benarde gezag reageerde met harde hand. Er waren charges met sabel en pistool en er vielen diverse gewonden.

Ook keerde Brandsteder zich in woord en geschrift tegen de mensonterende toestanden in de militaire strafkampen te Ngawi en Tjimahi. In Het Vrije Woord van 10 januari 1918 riep hij officieren op te weigeren lijfstraffen ten uitvoer te brengen. Deze actie, die wel tot resultaat had dat de bestraffing van slaag met de rottan uiteindelijk werd afgeschaft, kostte hem in 1918 in hoger beroep drie maanden gevangenisstraf. Het hoger beroep diende op 10 oktober van dat jaar. Brandsteder werd direct opgesloten en kreeg geen kans moeilijke persoonlijke omstandigheden, in dit jaar was een kind overleden en was er een op komst, te regelen. Deze gevangenneming gaf ook weer onrust onder het lagere marine personeel. In Soerabaja weigerden 30 man op het appel te verschijnen wat weer de nodige arrestaties tot gevolg had. In het drukke jaar 1918 was Brandsteder tevens een van de oprichters van de radicale Soldatenbond. Deze bond gaf een blad uit, De Soldaten- en matrozenkrant, waarvan hij een van de redacteuren was.

Het Vrije Woord

Het Vrije Woord

Het Gouvernement vond de risico's van al die agitatie te groot worden. In Europa wankelde de orde en met Kiel in gedachten, waar de Duitse matrozen eind oktober 1918 het startsein hadden gegeven voor het einde van de Eerste Wereldoorlog en de val van de Duitse Keizer, leek het woord 'matroos' alleen al dreiging in te houden. Bij besluit van de gouverneur generaal van 24 september 1919 werd Brandsteder geëxterneerd wegens zijn opruiende artikelen in de periode 1 april 1918 tot 1 juli 1919 in De Soldaten- en matrozenkrant. Aardig is dat in het externeringsbesluit, met enige verbazing lijkt het, ook erkend wordt dat Brandsteder 'het zelfs als zijn duren plicht beschouwt die rust en orde in gevaar te brengen en te blijven brengen; dat dit als een volledige erkentenis kan worden aangenomen, aangezien de kapitalistische orde en rust enkel de door hem gekozen naam is voor de huidige orde van zaken en zijn streven dus is, deze in gevaar te brengen.' Brandsteder moest Indië op 6 oktober 1919 verlaten. Lees hierover meer in Indië een hel.

Terug in Nederland kwam Brandsteder terecht in de scherp verdeelde wereld van links. Hij bleef actief in de vakbeweging en overleed op 99 jarige leeftijd in de havenstad Rotterdam. Zijn verdere levensloop en publicaties zijn te vinden in de biografie in het Biografisch Woordenboek.

Tekst: Huub Sanders 2 april 2004
top