IISG

Slovenen in Nederland
Remigranten
Remigranten
Sloveense repatrianten in Heerlen voor hun vertrek naar Kamnik in 1947. In het midden: Anton Maruša. (Foto: studio 19, Geleenstraat 19, Heerlen).
In 1946 startte de nieuwe Joegoslavische heilstaat een programma om emigranten overal ter wereld te doen terugkeren naar het vaderland, waar ze konden meehelpen aan de opbouw van een nieuwe communistische samenleving. De propagandisten hadden het niet alleen over 'een laatste mogelijkheid', het land moest worden opgebouwd en op de emigranten rustte de verplichting assistentie te verlenen. Remigranten werd verder gouden bergen in het vooruitzicht gesteld. Zoals een woning, een baan, kortom: een goed leven. Ook werd gedreigd dat dit hun laatste kans zou zijn om naar het vaderland terug te keren. Wie niet meeging, mocht nooit meer op bezoek. Het aanbod was eenmalig, de reis gratis en alles werd georganiseerd. De reizigers konden meubels en huisraad op de trein meenemen. Vanuit Nederland vertrok op 21 september 1947 een transport met ongeveer 200 Limburgse Slovenen. Het transport werd georganiseerd door ex-mijnwerker en cafébaas Anton Maruša. De personenrijtuigen en goederenwagons waren speciaal voor dit doel door de Joegoslavische regering beschikbaar gesteld. In ieder land waar de trein doorheen trok werden de wagons aan een andere locomotief gekoppeld. Eindbestemming van de trein was het plaatsje Kamnik. Het remigratieproject mondde voor velen uit in een grote teleurstelling, omdat toezeggingen over werk en huisvesting niet werden nagekomen. Al in hetzelfde jaar (1947) werden de eerste pogingen ondernomen om Joegoslavië weer te ontvluchten. In de jaren 1946 tot 1948 keerden 2788 emigranten van overzee terug naar Joegoslavië, en niet minder dan 38.355 uit geheel West-Europa.
Collectie:
Združenje Slovensko Izseljenska Matica 19
top